Het is hard gegaan met de verspreiding van het coronavirus in Nederland. Met dit alles hebben we natuurlijk ook in ons stadsdorp te maken. We zijn aan huis gekluisterd en moeten vooral fysiek afstand houden van elkaar. Op onze website hebben we voorlopig de activiteiten gecanceld tot en met de meivakantie. Het met elkaar fietsen, wandelen, zingen, het film- en theaterbezoek, koffiedrinken en borrelen sparen we maar even op voor betere tijden. In de tussentijd kunnen we thuis aan onze conditie werken via allerlei oefeningen die breed worden aangeboden en is er via de computer een groot gratis aanbod van kunst en cultuur, zoals de 100 Meesterwerken van de CODART Canon. Van harte aanbevolen! En talloos zijn de mogelijkheden om op afstand onderling contact te hebben. Tips hierover zijn natuurlijk ook te vinden op onze website bij MIJN STADSDORP en onder het kopje NIEUWS. Net als praktische tips over het online bestellen van boodschappen en het bezorgen van eten thuis.
Er is dus thuis zeker ook het een en ander mogelijk, ook richting buurtgenoten, maar hoe beleven onze leden dat in de alledaagse praktijk? Is er veel onderling contact en hoe is het gesteld met de gezondheid? Om een antwoord te krijgen op deze vragen heb ik gebeld met de onvolprezen coördinatoren van de binnenbuurten en die schetsten gelukkig een positief beeld. Hoewel het aantal ziekenhuisopnames in Amsterdam als gevolg van het corona virus de laatste tijd duidelijk is toegenomen is dat voor ons stadsdorp nog niet aan de orde. Houden zo! Er wordt onderling heel wat af geappt en gebeld en men heeft het gevoel dat men het wel redt. Er zijn maar weinig leden die om hulp vragen, veel die hulp aanbieden. Maar de vinger wordt wel aan de pols gehouden. De verlenging van de maatregelen tot 28 april, door onze premier op 1 april aan gekondigd, is natuurlijk niet mis. De coördinatoren beseffen dat terdege en zullen extra aandacht besteden aan de leden in hun binnenbuurt die wel een steuntje in de rug kunnen gebruiken. Chapeau! Onderling contact en hulp, in goede en zeker in minder goede tijden. Is ons Stadsdorp daar 10 jaar geleden niet voor opgericht? De vraag stellen is hem beantwoorden. Ja!